In gesprek met:

Janneke & Everdien

Iedereen moet in z’n leven wel eens ergens van herstellen. We zijn opgevoed met het idee dat als je ‘iets psychisch’ hebt, je afhankelijk bent van een hulpverlener. Ondertussen wordt het steeds duidelijker hoe belangrijk relaties zijn en dat samen herstellen heel effectief is. Wij wilden met de Stadskamer dan ook een plek creëren waar je altijd mee kunt doen en waar je een stevig netwerk hebt om op terug te vallen. Een netwerk dat blijft.
  • Stadskamer Achterhoek
Stadskamer Raadhuisstraat Doetinchem

Janneke

‘Je bent de tijd voor,’ hoorde ik toen ik met het eerste idee voor ‘een Stadskamer’ kwam. Ik werkte al 13 jaar bij GGNet en ondanks dat ik het naar m’n zin had en zag dat ons werk nut had, schuurde het steeds vaker. Er was veel nadruk op het ziek zijn en niet op de talenten van mensen. Ik zag zoveel potentie en wilde graag een fijne plek creëren waar mensen er gewoon mogen zijn. Op dat moment was er geen geld beschikbaar bij de gemeente.

Everdien

Hetzelfde gold voor mij. Ik werkte als coördinator bij Stichting Cliënten Initiatieven en ik was heel nieuwsgierig naar de mensen. Vaak stelde ik de simpele vraag: waar word jij blij van? Ik wilde graag dat het vlammetje weer gaat branden bij mensen. Al snel had ik het idee om een grote bazaar te openen waar mensen zelf aan de slag mogen. Dat er een plek was voor iedereen, dat was mijn drive. Ik ging met het plan naar de gemeente en trof dezelfde wethouder als Janneke. Boodschap; geen budget. Het was te vroeg.

Ook Ine, die betrokken was bij de oprichting van de Stadskamer, liep in diezelfde tijd met een soortgelijk idee. Zij was oprichter van de Stichting Eigen Bedreivigheid, een opvang voor dak- en thuislozen en ze voelde dat het tijd was om mensen vanuit verschillende bubbels samen te brengen.

Stadskamer Raadhuisstraat Doetinchem

Janneke

Op het moment dat de middelen van het Rijk naar de gemeente gingen, was ineens de tijd rijp. De gemeente wist dat meerdere partijen met hetzelfde idee rondliepen en wilden witte rook zien. We moesten samen bedenken met wie we dit initiatief wilden opzetten. Toen Everdien, Ine en ik samen om tafel zaten wisten we al snel; wij bedoelen hetzelfde. We schreven een voorstel van twee kantjes waar opstond: we gaan een mooie plek openen, voor mooie mensen en we verwachten in het eerste jaar zo’n honderd bezoekers. Ik weet nog dat ik een duimpje terug kreeg van de wethouder, de financiering was rond, we mochten gaan. Spannend, want dat was het moment dat ik m’n baan opzegde en er vol voor ging.

Everdien

De belangrijkste voorwaarde voor het openen van de Stadskamer was voor ons alle drie, dat er geen indicatie nodig is om mee te doen. Nog te vaak moeten mensen aan de voordeur eerst uitleggen wat ze mankeert en dan wordt er beoordeeld of diegene wel ‘ziek genoeg’ is om te komen. Dat staat een goed en open gesprek volledig in de weg en vergroot de drempel om te komen. Het is vaak al moeilijk genoeg om mee te doen. Wij wilden een plek waar mensen gewoon mogen zijn en op hun eigen tempo hun verhaal met ons delen. Geen voorwaarden.

Janneke

Dat dat werkt, was al snel duidelijk. Het eerste jaar zat ik in een donker oud winkelpand dat totaal niet uitnodigde. Toch kwamen mensen al snel binnenwandelen voor een kop koffie. Juist de zogenoemde zorgmijdende mensen die ik in m’n werk bij GGNet maar niet kon vinden op straat, kwamen spontaan binnen. Waarom? Omdat er hier niet aan ze werd getrokken. Ze kregen een kop koffie, konden naar het toilet en hadden even een warm plekje. Iedereen wil gezien worden, maar niet altijd op voorwaarde van de ander. Onder het genot van een broodje van de bakker kwamen de gesprekken los. Samen iets doen verbindt ook, dus ik vroeg; welke kleur moet er hier op de muur? Wie wil helpen met schilderen? Zo werd het echt hun plek en waren ze geen patient of client, maar gewoon mensen die samen de handen uit de mouwen staken.

Everdien

Ik ben opgegroeid op de boerderij en daar was het normaal dat de meest uiteenlopen types samen aan tafel zaten. Jongens die het niet goed hadden, kwamen bij ons werken, samen had je ongemakkelijke gesprekken aan de keukentafel. Ik was me daar vroeger niet van bewust, maar later realiseerde ik me dat ik zo al vroeg met mensen uit verschillende bubbels in aanraking kwam. En dat gebeurde net zo goed in de kroeg of op andere plekken. Tegenwoordig hebben we steeds meer moeite met een ongemakkelijk gesprek met mensen die anders zijn. Waar ontmoet je de compleet andere nog? De maatschappij is steeds individualistischer en juist daarom is er echt een noodzaak voor plekken als de Stadskamer.

Janneke

Dat zie ik ook om me heen. Iemand die een psychose heeft gehad werd onder behandeling gesteld en eigenlijk apart gezet van de familie. Als je iets mankeerde dan werd je in het verleden goed verzorgd ‘opgeborgen’. Hiermee leerden we minder omgaan met de mensen die anders zijn. Het is mooi als je hulp krijgt, maar je omgeving leert niet omgaan met het ongemak. We moeten echt weer leren dat iedereen anders is en anders mag zijn. We moeten erbij mogen horen. Iedereen is er dus iedereen hoort erbij
Als ik bij de Stadskamer in gesprek ga met een Syrische man die er compleet andere culturele ideeën op nahoudt wat betreft bejegening van vrouwen, dan vind ik het onze verantwoordelijkheid om het daarover te hebben. Je kan niet alle ongemak uit de weg gaan. De kloof tussen arm en rijk helpt ook niet mee. Daar ben ik me meer bewust van geworden sinds ik moeder ben. De verwachtingen die sommige ouders van hun kinderen hebben baren me zorgen. Alles draait om status. Je hoort erbij of je hoort er niet bij. Maar ik wil dat iedereen er, ongeacht opleidingsniveau, handicap of wat dan ook, bij hoort.

Everdien

Bewust bezig zijn met herstel wordt steeds normaler, alleen nog niet voor iedereen. Mensen die het zich kunnen veroorloven gaan op retraite, naar een coach of ondernemen iets anders voor hun herstel. Maar niet iedereen heeft dat binnen handbereik. Wij willen met de Stadskamer juist een plek zijn waar iedereen kan herstellen op eigen voorwaarden. Dat hoeft niet in de trechter van de psychische zorg. Sterker nog, wij geloven dat die trechter z’n tijd heeft gehad. Het werkt niet als je het probleem laat oplopen, naar de huisarts gaat, dat die moet beslissen welke behandeling je nodig hebt en dat je dan in het circuit zit. We zien nu ook dat het niet langer haalbaar is. Zo’n beetje een derde van de Nederlanders heeft hulp nodig en het systeem barst uit z’n voegen. We moeten een ecosysteem creëren waarbij we verder kijken dan ‘het probleem’. Voor de een is een gesprek met lotgenoten voldoende, de anders heeft een praktische oplossing nodig en weer een ander kiest voor creatieve therapie. Er hoeft niets mis te zijn met een persoon, als het even niet loopt. De maatschappij is gewoon hard geworden en we moeten weer naar elkaar omkijken. We zijn opgevoed met het idee dat een specialist in de DSM kijkt en je kan zeggen wat je hebt, maar dat is lang niet altijd evidence based en gezien de wachtlijsten, werkt het ook niet altijd. Gelukkig hebben we steeds meer bewijs dat relaties, netwerk en andere vormen van samen herstellen gigantische impact kunnen hebben.

Stadskamer Raadhuisstraat Doetinchem

Janneke

Klopt. We hebben elkaar nodig. Als het allemaal voor de wind gaat, heb je dat niet door, maar het leven is kwetsbaar. Iedereen kan iets krijgen. Psychisch lijden hoort erbij en niemands leven is perfect. In onze maatschappij is er veel oordeel over elkaar en dat gaat beide kanten uit. Zo dacht een collega die bij ons werkt vanuit ervaringsdeskundigheid, dat ik een perfect leven had. Toen was hij bij mij thuis, hectiek in huis, een kind dat over me heen kotste. Ineens moest hij lachen, want hij zag dat hij een geromantiseerd beeld had. Als je elkaars leven niet ziet, blijf je mopperend en oordelend door het leven gaan. We moeten elkaar weer zien, weer toelaten. En we hoeven niet voor elkaar in te vullen wat er goed is voor iemand. Zo kwamen mensen in het begin weleens met hun begeleider en die vulde dan al in, dit is te druk, dit gaat niet werken. Maar als ze mensen zelf lieten kiezen, bleven ze toch komen. Juist omdat het hier niet hoeft. Die zelfregie geeft zelfvertrouwen. En het mooie is, je bent hier nooit ‘uitbehandeld’. Je blijft altijd welkom en kunt altijd door blijven groeien en zo hoef je geen afscheid te nemen van de mensen die je hebt leren kennen. Want dit zag ik bij GGNet juist als een grote drempel voor mensen om te herstellen. Als het goed genoeg gaat, sta je er weer alleen voor. En dan?

Everdien

Mensen mogen hier echt op hun eigen tempo herstellen. Tijd is iets wat mensen lang niet altijd krijgen. Als ik zie dat een dame die afasie (een taalstoornis door niet aangeboren-hersenletsel) heeft en uitbehandeld was, na een paar jaar bij ons weer begon te praten, en nu zelfs goed kan praten, dan ben ik daar echt trots op. Ze heeft hier een veilige plek waar ze simpelweg altijd welkom is, fijn onder de mensen. Ook na een jaar wekelijks bezoek voor het eerst koffie inschenken voor een ander, is groei. Zo mogen we dat ook zien. Gelukkig merken we dat het invullen voor anderen er steeds meer af gaat zorgbreed. En dat is maar goed ook, want het is niet onze bedoeling dat wij deze transitie alleen maken. Wij geloven in co-creatie. Samenwerken met andere mooie initiatieven. We voelen dat we de wind in zeilen hebben. Waar we in het begin nog veel weerstand kregen, is het maatschappij breed nu duidelijk; er moet een andere oplossing komen om niet verder in dit zorg infarct te raken. Samenwerking is cruciaal, want wij zijn niet per definitie vervanging voor de huidige geestelijke gezondheidszorg zorg, maar een belangrijke aanvulling. We zijn al jaren voortrekker als het gaat om samen herstellen en zelfregie en het gaat nu hard. Toch voelt het alsof het nooit snel genoeg is. Dat is voor ons soms moeilijk te verdragen. Telkens als we een mijlpaal halen, zijn we al bezig met de volgende plannen. Gelukkig zien we resultaat. Dat helpt.

Janneke

Ja, het is echt onze uitdaging om niet te snel te willen en mensen mee te nemen in ons proces. We zijn telkens aan het pionieren en gelukkig werken we nu met een groot team van bevlogen mensen die ons helpt te zorgen dat iedereen mee komt. Ik geloof zelf heel erg in voorleven en zie daar ook een rol voor mij. Laten zien dat het allemaal wel kan. Dan wordt het een olievlek en dat is precies waar iedereen bij de Stadskamer aan bijdraagt. Er werd me in het verleden vaak gezegd ‘Je bent naïef’. Dan dacht ik vaak ‘Liever naïef dan verbitterd. Als je me nodig hebt om te denken in mogelijkheden, dan bel maar.’ Het eerste jaar doelden wij op 100 bezoekers, het werden er 280. We hebben ze niet binnen hoeven slepen, mensen komen gewoon graag. Dat was voor ons alle bewijs dat er behoefte is aan onze aanpak. Ondertussen hebben we al elf locaties in het oosten van Nederland geopend en groeien we zowel in omvang, als in kwaliteit.

Everdien

Ik ben echt heel blij dat het meedoen en samen herstellen voor steeds meer mensen dichtbij is. Het staat ook in het integraal zorgakkoord dat iedere gemeente een herstel initiatief zou moeten hebben. De vraag is; hoe maken we het duurzaam? Nog te vaak is er subsidie voor een jaar, maar daar kun je niet op bouwen. Onze ambitie is om iedereen in de Achterhoek een kans te geven op herstel in de buurt, zodat psychisch lijden niet hoeft op te lopen. Het taboe moet eraf. Plekken waar je samen en met jezelf aan de slag kunt. Meedoen woest aantrekkelijk maken. Het gaat erom dat het vlammetje bij mensen weer gaat branden. Je kunt dat gat niet vullen voor een ander. Herstel begint altijd bij jezelf, maar gezien worden door de ander is daarin een cruciaal onderdeel. Mensen hebben netwerk nodig. Dat we elkaar zien en via die weg, ook onszelf weer zien. Waar ik echt trots op ben, is dat wij nu met zoveel mooie mensen samenwerken die echt overtuigd zijn van wat we samen doen. De wereld een stukje mooier maken.